Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zij nu riepen tot den HEERE, en Hij stelde een duisternis tussen u en tussen de Egyptenaars, en Hij bracht de zee over hen, en bedekte hen; en [6]uw ogen hebben gezien, wat Ik in Egypte gedaan heb. Daarna hebt gij vele dagen in de woestijn gewoond. 6. Dit is te verstaan van velen dergenen, die onder de twintig jaren oud waren toen zij uit Egypte togen, want die daarboven waren [uitgenomen Kaleb en Jozua] waren allen in de woestijn gestorven.